Storytelling: de kunst en kunde van verhalen vertellen

Door Manfred van Doorn, 16 september 2024

Storytelling is een krachtig middel waarmee mensen al duizenden jaren betekenis geven aan hun ervaringen, hun waarden overdragen en hun cultuur levend houden. Verhalen bieden ons structuur, verbinding en emotionele resonantie. Ze helpen ons te navigeren door ons leven en onszelf te begrijpen in relatie tot de wereld om ons heen. Verhalen vertellen ons wie we zijn en waar we naartoe gaan. Ze bieden ons dus vermaak, verbinding, identiteit, hoop en richting.
Of het nu gaat om mythes, legendes, religieuze vertellingen of persoonlijke anekdotes, de menselijke geest is geprogrammeerd om in verhalen te denken. Dit artikel duikt dieper in het belang van storytelling, de onderliggende structuren van verhalen en hoe deze samenhangen met de cycli van het leven en het jaarverloop.

Uit: English Vinglish

Wat is Storytelling?

Storytelling is onderdeel van de narratieve psychologie. Narratieve psychologie is een benadering binnen de psychologie die zich richt op hoe mensen verhalen gebruiken om betekenis te geven aan hun leven. Er wordt vanuit gegaan dat mensen hun ervaringen, identiteit en wereldbeeld vormgeven door middel van verhalen. In plaats van te kijken naar losse feiten of gebeurtenissen, onderzoekt narratieve psychologie hoe al onze ervaringen worden geïntegreerd in een narratief dat richting geeft aan het leven, van een individu of zelfs een hele samenleving.

Volgens deze theorie zijn we voortdurend bezig met het construeren van onze identiteit door onszelf te zien als de hoofdpersoon van een doorlopend verhaal. De ervaringen die we opdoen, de tegenslagen die we overwinnen en de keuzes die we maken, worden allemaal geplaatst binnen een coherent verhaal. Dit proces helpt ons niet alleen om ons leven te ordenen, maar ook om met uitdagingen om te gaan en onze persoonlijke ontwikkeling te begrijpen.

Narratieve psychologie benadrukt dat de mens in essentie niets anders heeft dan verhalen. We interpreteren en herinterpreteren onze ervaringen, niet door objectieve feiten op zich, maar door ze in te passen in een narratief dat voor ons zinvol is. Hierdoor wordt storytelling een essentieel onderdeel van de menselijke ontwikkeling en identiteit. Goede storytellers (schrijvers, filmmakers, musici, politici, leiders, influencers) hebben dus veel invloed en kunnen de ontwikkeling van individu, groep en samenleving diepgaand beïnvloeden. Ook om die reden is het zinvol om de ordenende principes van storytelling te leren (her)kennen en de invloed van verhalen te kunnen wegen.

Storytelling: een kunst en een kunde

Storytelling is zowel een kunst als een kunde. De kunst van storytelling gaat over het vermogen om verhalen te creëren die mensen raken. Dit vereist creativiteit, empathie en de vaardigheid om emoties op te roepen bij het publiek. Goede verhalen spreken niet alleen tot het verstand, maar vooral tot het hart. Ze hebben het vermogen om de menselijke ervaring te verheffen en ons te verbinden met iets groters dan onszelf.
De kunde van storytelling draait om kennis van de structuur van goede verhalen. Veel verhalen volgen een herkenbaar patroon, dat vaak onbewust wordt toegepast maar diep verankerd is in de menselijke psyche. Storytellers zorgen dat ze op de hoogte zijn van de wetten van verhaalkunde. Inzicht in deze wetten helpt verhalen begrijpelijk en boeiend te maken, omdat het aansluit bij de manier waarop we de wereld ervaren. Een van de beroemdste theorieën over deze universele structuur komt van de mythograaf Joseph Campbell.

Joseph Campbell, de monomythe en moderne storytelling

Joseph Campbell was een Amerikaanse mytholoog die beroemd werd door zijn concept van de monomythe of ‘de reis van de held’, beschreven in zijn boek ‘The Hero with a Thousand Faces’ (1949). Campbell ontdekte dat veel mythes en verhalen uit verschillende culturen opvallende gelijkenissen vertonen. Hij stelde vast dat deze verhalen vaak dezelfde narratieve structuur volgen, die hij de reis van de held noemde. Deze structuur bestaat uit verschillende fasen waarin iemand een oproep tot avontuur ontvangt, op reis gaat, beproevingen ondergaat, een crisis doormaakt en uiteindelijk als held getransformeerd terugkeert naar de normale wereld.
Campbell’s theorie was gebaseerd op het idee dat alle verhalen uiteindelijk een weergave zijn van de menselijke ervaring en ontwikkeling. De reis van de held weerspiegelt de innerlijke en uiterlijke uitdagingen die we in ons eigen leven tegenkomen, en door deze in de vorm van verhalen te gieten, geven we betekenis aan onze ervaringen. Campbell’s werk heeft enorme invloed gehad op moderne storytelling, van literatuur tot film, met bekende voorbeelden zoals ‘Star Wars’, dat de reis van de held volgt. Campbell’s oorspronkelijke ideeën over de structuur varieerden in aantal van fasen. Een van zijn volgers, Christopher Vogler, werkte voor Disney Studio’s een vereenvoudigde versie uit van twaalf fasen. Deze versie werd gebruikt bij het ontwerpen van The Lion King en veel andere Disney klassiekers. Het voordeel van deze vereenvoudiging is dat hij goed te leggen is op de twaalf maanden van het jaarverloop.

Storytelling: The Circle of Life en de 12 maanden
Het leven beweegt in cycli, net als de zon, de seizoenen en de levensfasen van de mens. Deze cycli zijn eeuwenlang verweven met de manier waarop verhalen worden verteld. Deze ‘Circle of Life’, zoals die in verschillende culturen wordt beschreven, symboliseert de voortdurende cyclus van geboorte, dood en wedergeboorte. Deze cyclus is nauw verbonden met het jaarverloop, waarbij elke maand en elk seizoen een specifieke fase van het leven vertegenwoordigt.

De twaalf maanden van het jaar kunnen worden gezien als metaforen voor de verschillende fasen van een ontwikkelingsreis. Verhalen weerspiegelen vaak deze cycli van 12 maanden, waarbij ze de natuurlijke ritmes van groei, verval en wedergeboorte volgen. Dit patroon zien we terug in de ‘reis van de held’, waarin de held door donkere tijden gaat (de winter), maar uiteindelijk weer terugkeert naar het licht (de lente).

De Reis van de Held en de zon
De reis van de held, zoals beschreven door Campbell en Vogler, kan worden gezien als een weerspiegeling van de zon die opkomt, straalt, dan onder de horizon zakt en weer opkomt. Deze sequentie van stijging, hoogtepunt, afdaling, afwezigheid en wederkomst vindt niet alleen plaats op dagelijkse basis (dag en nacht), maar ook jaarlijks, zoals de zon in de winter haar laagste punt bereikt tijdens de winterzonnewende en weer begint te stijgen naar de lente en zomer.

Deze cyclus van de zon symboliseert de dood en wederopstanding die we in veel mythische verhalen terugzien. De held moet sterven (letterlijk of symbolisch) om gereinigd en herboren te worden. Deze transformatie, die vaak plaatsvindt na een diepe crisis, is de kern van veel krachtige verhalen en staat symbool voor de menselijke strijd om na een moeilijke periode sterker en wijzer terug te keren. We vertellen elkaar dit soort verhalen telkens opnieuw, om elkaar hoop te geven en om elkaar aan te moedigen om de transformatie door te maken.

De verhaalstructuur in het Double Healix framework

Een effectieve verhaalstructuur kan dus worden gezien als een weerspiegeling van de twaalf maanden van het jaar. Elk van deze maanden vertegenwoordigt niet alleen een specifieke fase in de reis van de held, maar ook een kenmerkende kwaliteit die in die fase kan worden ontwikkeld. Deze fasen hoeven elkaar niet per se, ‘sequentieel’, op te volgen, maar kunnen ook als componenten van een verhaal worden gebruikt om het verhaal diepte en betekenis te geven.
Het Double Healix framework is gebaseerd op de mythische Reis van de Held en beschrijft aan de hand van de twaalf fasen de narratieve structuur van een ontwikkelingsweg. Het Double Healix model omvat vervolgens zeven niveaus van menselijke ontwikkeling: ontwikkelingen in de kindertijd, de adolescentie, jongvolwassenheid, midlife, senioriteit, ouderdom en sterven. Deze zeven ontwikkelingswegen lopen parallel met het leren omgaan met:
-12 fasen van kinderlijke ontwikkeling in de eerste twaalf jaar en de basisbehoeften, die zich ook in de rest van ons leven manifesteren,
– 12 fasen van de adolescentie en persoonlijkheidstypen/afweermechanismen die zich ook in de rest van ons leven manifesteren,
– 12 fasen van de jonge volwassenheid en de competenties voor persoonlijk leiderschap in de rest van ons leven,
– 12 fasen van de mid-volwassenheid en de fasen in samenwerking en teamontwikkeling,
– 12 fasen in de rijpe volwassenheid en twaalf van organisatieontwikkeling,
– 12 fasen in de vroege ouderdom (Healthy Aging) en twaalf fasen van maatschappijvorming
– 12 fasen in de rijpe ouderdom (Healthy Dying) en twaalf gebieden van de mystieke ervaring.

Voordat we dieper ingaan op deze steeds terugkerende fasen in een ontwikkelingsweg, nemen we eerst een schijnbare omweg en behandelen thematische spanningsvelden die van belang zijn bij storytelling..

Het Double Healix framework voor synchrone storytelling: de spanningsvelden

In elk verhaal zijn er inhoudelijke thema’s verborgen met fundamentele vragen over de menselijke toestand. Elke fase legt de nadruk op een bepaald thema en elk thema bevat een spanningsveld dat tijdens het verhaal wordt geëxploreerd. Voordat we de sequentiële structuur van het universele verhaal doorlopen, onderzoeken we nu eerst de onderliggende thema’s die zich altijd binnen spanningsvelden manifesteren.

De spanning tussen Chaos en Orde

De spanning tussen Chaos en Orde

Forrest Gump in Forrest Gump (1994): I don’t know if Momma was right or if it’s Lieutenant Dan. I don’t know if we each have a destiny, or if we’re all just floating around accidental-like on a breeze, but I think maybe it’s both. Maybe both is happening at the same time.’

Elk verhaal houdt zich bezig met de vraag of er een voorbestemming bestaat of dat er voornamelijk betekenisloos toeval heerst. Dit uit zich in de vraag hoeveel controle de hoofdpersoon kan pakken over de stroom der gebeurtenissen. Heeft jouw hoofdrolspeler, jouw protagonist, intuïtie over wat er gaat gebeuren? Verpak je voorspellende symbolen of dromen in het verhaal? Of laat je de protagonist een serie onsamenhangende gebeurtenissen ondergaan in een onverschillig universum?
Niet alleen inhoudelijk is het spanningsveld Chaos-Orde van groot belang. Ook met betrekking tot de verhaalstructuur moet je als storyteller besluiten hoeveel vorm je aanbrengt. Een goed verhaal bouwt, net als een goed muziekstuk, op zijn minst enkele terugkerende patronen in, al was het maar om de lezer, luisteraar of kijker enig houvast te bieden. Maar een te strak geconstrueerd verhaal voelt weer te gekunsteld.
Een belangrijk ingrediënt in elk verhaal is de zogenaamde ‘beat’. In de theorie van storytelling verwijzen ‘beats’ naar de kleinste eenheden van actie of emotionele verandering in een verhaal. Een beat markeert een specifiek moment waarop iets gebeurt dat de voortgang van het verhaal beïnvloedt of de dynamiek tussen personages verandert. Het is een bouwsteen van de plot die zorgt voor een vloeiende ontwikkeling van het verhaal. Kenmerken van beats:

  1. Actie of emotionele verandering: Een beat kan een fysieke gebeurtenis zijn (zoals een handeling van een personage) of een interne emotionele verschuiving.
  2. Kleine verhaal-eenheden: Beats vormen de basis voor grotere verhaalelementen, zoals scènes en sequenties, en verlenen een verhaal structuur, ritme en tempo. 
  3. Verandering: Elke beat zorgt voor een kleine verandering, zoals nieuwe informatie, een beslissing of een conflict, die het verhaal vooruit helpt. Te weinig beats en het verhaal is te saai, te veel beats en het verhaal wordt als te onsamenhangend ervaren.

Er zijn verschillende soorten beats. Er zijn actie-beats (fysieke gebeurtenissen of handelingen van personages die het verhaal voortstuwen), reactie-beats (emotionele reacties of beslissingen die volgen op een actie en het verloop van het verhaal beïnvloeden), en dramatische beats (momenten van spanning, conflict of onthulling die de emotionele inzet verhogen). In het geheel helpen beats om een verhaal dynamisch en interessant te houden, door voldoende beweging en verandering te creëren, zowel op het niveau van de plot als op dat van karakterontwikkeling.

De spanning tussen Oorzaak en Gevolg

De spanning tussen Oorzaak en Gevolg

Morpheus in The Matrix (1999): ‘Everything begins with choice.’

Een tweede spanningsveld dat goed moet worden gehanteerd bij storytelling is de vraag wie neemt welke initiatieven en wat zijn daarvan de gevolgen? Dit sluit logisch aan bij het vorige spanningsveld tussen Chaos en Orde. Immers, we willen niet alleen weten in welke mate het leven geordend is, maar ook of ons handelen gevolgen heeft en op welke termijn. Een bekende variatie is dat de hoofdpersoon getroffen wordt door een noodlot en dan langzaam maar zeker ontdekt dat dat noodlot iets te maken heeft met zijn of haar eigen opdracht in het leven. De hoofdpersoon verandert dan langzaam van willoos slachtoffer naar verantwoordelijke mede-eigenaar van het verhaal.
Een aansprekende toepassing van dit Oorzaak-Gevolg spanningsveld is de vertraagde consequentie. De hoofdpersoon doet iets aan het begin van het verhaal dat verderop onverwachte gevolgen heeft. Dit sluit aan bij de belangrijke vraag of de mens onderhevig is aan de wetten van het Karma of een straffende en belonende god. De vertraagde consequentie geeft de mens de mogelijkheid tot vrijheid. Als we direct zouden worden beloond of gestraft voor onze besluiten, zouden we te zeer geconditioneerd zijn om vrij te kiezen.
Ook in de bekende film The Matrix gaat het continu om de vraag of de hoofdpersoon Neo vrij is tot handelen of dat hij gewoon een programmering volgt. Ook hier speelt het belang van een balans of een verzoening tussen Oorzaak en Gevolg. Te veel ‘Oorzaak’ suggereert een soort almacht bij de hoofdpersoon, te veel ‘Gevolg’ maakt van de hoofdpersoon een soort speelbal.

De spanning tussen Opbouw en Afbraak

De spanning tussen Opbouw en Afbraak

Dom Cobb in Inception (2010): An idea is like a virus. Resilient. Highly contagious. The smallest seed of an idea can grow. It can grow to define, or destroy you.’

De spanning tussen Opbouw en Afbraak gaat over de mate waarin de hoofdpersoon lijdt. Een gezellig familieverhaal beperkt de hoeveelheid leed tot bijvoorbeeld een zielige hond die wordt geadopteerd, een film noir daarentegen benadrukt de zwaarte (zwartheid) van het bestaan. Dit hangt af van de doelgroep voor wie het verhaal wordt geschreven en hun emotionele draagkracht. Een goed verhaal heeft vaak een pijnlijk dieptepunt, waarna het publiek ‘verlost’ wordt door de katharsis en de redding. Voor sommige culturen is een dergelijke ‘Hollywood ending’ erg onaannemelijk. Met name Russische en Chinese verhalen kunnen met alle gemak in mineur eindigen.
Dit verschil tussen majeur en mineur vertelt natuurlijk ook veel over de aard of de keus van de storyteller. Met een majeure toon kun je de pijnlijkste gebeurtenissen beschrijven zonder dat het publiek zich overbelast voelt, terwijl andersom je door de toon alleen al een klein incident onverdragelijk kunt maken.
Een derde verschijning van dit thema is de karakterontwikkeling van de protagonist. Hij of zij kan cynisch beginnen (Afbrekend) en dan langzaam maar zeker meer hoop en harmonie vinden (Opbouwend), zoals in Groundhog Day. Deze film gaat over een cynische verslaggever die dezelfde dag keer op keer moet meemaken totdat hij zijn cynisme en onderliggende narcistische depressie heeft overwonnen. Maar het kan ook een omgekeerde ‘character arc’ zijn. Dan begint de hoofdpersoon vanuit harmonie (Opbouw) en eindigt gehavend, maar met belangrijke inzichten (Afbraak). In zijn belangrijke boek ‘Story: Substance, Structure, Style and the Principles of Screenwriting’ beschrijft Robert McKee de spanning tussen Denial (onbewuste ontkenning, om harmonieus en Opbouwend te kunnen zijn) in de beginfase en Negation (bewust liegen) aan het eind van het verhaal. De protagonist is dan deel van de menselijke soort geworden door een bewust gekozen, duistere daad die de laatste illusie omtrent het eigen zelf laat verdwijnen (Afbraak).

De spanning tussen Divergentie en Convergentie

De spanning tussen Divergentie en Convergentie

The Ancient One in Doctor Strange (2016): ‘We never lose our demons, Mordo. We only learn to live above them.’

De spanning tussen Divergentie en Convergentie bepaalt onder meer hoeveel humor (Divergentie) tegenover hoeveel ernst (Convergentie) er in het verhaal zit. Ook in zeer ernstige verhalen is humor nodig (comic relief) en in veel komedies worden zeer rake dingen gezegd. Vaak is dat de kern van een komedie: ernstige onderwerpen bespreekbaar maken door ze te overdrijven.

Bij het ontwerpen van de structuur moet je als storyteller besluiten hoeveel verhaallijnen je gaat gebruiken (Divergentie) en of en, zo ja, hoe je ze gaandeweg laat samenkomen (Convergentie).

Een derde factor in dit spanningsveld is dat je moet besluiten hoe complex en ambivalent (Divergentie) de karakters wilt laten zijn of hoe eenduidig (Convergentie). Een mooie verzoening tussen deze tegenstelling is wanneer je tijdens het verhaal de personages een zogenaamde ‘character arc’ laat doormaken waarin ze enkele van hun ambivalenties weten te overwinnen. Ook hier kan een omgekeerde volgorde goed werken: je kunt personages eenvoudig laten beginnen en dan gaandeweg helpen ontdekken dat ze veel complexer zijn dan ze van zichzelf dachten.
Een ander vruchtbaar gebruik van het spanningsveld is om de bijrollen in het verhaal stuk voor stuk meningen te laten verkondigen die de hoofdpersoon allemaal ook heeft. Je ziet dat in bijna alle klassieke drama’s, bijvoorbeeld in Hamlet, maar ook vaak in komedies. Een extreme vorm van deze techniek zien we in de film Mr. Robot waarin we getuige zijn van de vele stemmen in het hoofd van de protagonist. De komische variant is bijvoorbeeld Scrubs waarin de hoofdpersoon bezocht wordt door zijn engelen en demonen. Een half komische tussenvorm is The United States of Tara waarin de protagonist lijdt aan een dissociatieve identiteitsstoornis.

De laatste, maar zeker niet onbelangrijke toepassing in de spanningsboog van het verhaal is om de protagonist een masker te laten opdoen (Divergentie) en dan aan het eind van de film het masker af te laten zetten en voor de eigen waarheid te gaan staan (Convergentie). Ditzelfde principe zien we in het principe van een achtervolging, the chase, waarin aan het eind van het verhaal alle verhaallijnen convergeren.

De spanning tussen Materie en Geest

De spanning tussen Materie en Geest

Valerie’s letter in V for Vendetta (2005)’Our integrity sells for so little, but it’s all we really have. It is the very last inch of us… but within that inch, we are free.’

Het spanningsveld tussen Materie en Geest vormt een belangrijke as van het verhaal. Materie betreft de concrete, rationele handelingen en de aanwijsbare, meetbare gebeurtenissen in een verhaal. En Geest gaat over de emotionele, principiële, morele en religieuze waarde die we aan die gebeurtenissen toekennen. Hoe betekenis-geladen wil je als storyteller je verhaal maken? Hoeveel verborgen boodschappen wil je meegeven? Of wil je meer een neutraal soort documentaire brengen?
In de opbouw van het verhaal gaat het vaak om de spanning tussen behoud van het eigen lijf (prudentia) versus behoud van de eigen ziel (justitia). In veel heldenverhalen zien we in de eerste helft nog dat de protagonist vecht voor lijfsbehoud en dan in de tweede helft, vlak bij de ontknoping, een offer brengt dat zijn lijf in gevaar brengt, maar zijn geweten redt. Een bekende variant is die van de meedogenloze zakenman of zakenvrouw die aan het eind van het verhaal toch het eigen geweten volgt, zoals in de film Miss Sloane die gaat over de spanning tussen ambitie en geweten.
Verder werkt dit spanningsveld ook door in de sfeer van het verhaal: speelt het zich in de harde wereld af (zakenwereld, politiek, misdaad) of meer in de gevoelswereld (familie, sport, romantiek, mystiek). Het is natuurlijk heel effectief als je ‘crossovers’ maakt: zakelijkheid in de geestelijke verhalen en vice versa.

De spanning in storytelling tussen Centrum en Omgeving

De spanning in storytelling tussen Centrum en Omgeving

Tony Stark in Iron Man (2008): ‘I shouldn’t be alive… unless it was for a reason. I’m not crazy, Pepper. I just finally know what I have to do. And I know in my heart that it’s right.’

Het zesde spanningsveld gaat om de vraag waar in het verhaal het zwaartepunt wordt gelegd. Dat begint al met de verteltrant. Vanuit het principe van Centrum is het vaak een vertelling in de ik-vorm. Vanuit het principe van Omgeving wordt de protagonist vanuit andere personen beschreven. Of het verhaal beschrijft de ontwikkeling van een groep.
Inhoudelijk gaat het in westerse verhalen vaak over de held die eerst te egocentrisch is en dan via schade en schande beseft dat er een groter belang is. Dit is de transformatie vanuit een individualistische cultuur naar verlicht eigenbelang. In collectivistische culturen gaat het geregeld om de omgekeerde ontwikkeling: een te dienstbare protagonist leert stap voor stap meer voor zichzelf opkomen. Natuurlijk speelt deze spanning tussen Centrum en Omgeving zich ook op persoonlijk niveau af. Bijvoorbeeld in de film English Vinglish lukt het een submissieve huisvrouw, die thuis koekjes bakt om te verkopen, gaandeweg te beseffen dat ze wordt gewaardeerd.
Een inhoudelijke variant is die van de egocentrische koning(in) die door een revelatie tot inkeer komt en meer voor anderen gaat zorgen. Vaak zie je dan het gebruik van het warme hart als metafoor voor het centrum dat de omgeving dient.

De spanning tussen Sequentieel en Synchroon: het zevende spanningsveld

De spanning tussen Sequentieel en Synchroon: het zevende spanningsveld

Louise Banks in Arrival (2016)’But now I’m not so sure I believe in beginnings and endings. There are days that define your story beyond your life. Like the day they arrived.’
We hebben nu zes spanningsvelden beschreven die zowel inhoudelijk als structureel toepassingen kennen. Het zevende spanningsveld (we spreken ook wel van ‘zes plus één’, omdat dit spanningsveld wezenlijk anders is) gaat over de manier waarop het verhaal met de tijd omgaat.
Sequentieel betekent lineair en volgtijdelijk: je begint het verhaal bij het begin en vertelt de gebeurtenissen in historische volgorde. Synchroon betekent dat je het verhaal in één oogopslag presenteert, bijvoorbeeld in een schilderij of een foto. Wel zijn er Synchrone verteltrants waarbij je parallelle verhalen vertelt. Dit kan in split screen vertellingen in films. Een afgezwakte variant is het snel heen en weer gaan tussen de verhaallijnen. Dit heet cross cutting.
Er bestaan ook mengvormen, zoals het verhaal beginnen met het einde of telkens flashbacks inlassen.

Het Double Healix framework voor sequentiële storytelling: de reis van de held

We gaan nu terug naar de metafoor van de reis als jaarverloop en zullen de 12 fasen van de reis bespreken zoals ze in het verhaal sequentieel op elkaar volgen. Daarbij zullen we telkens kort de onderliggende principes van de fasen noemen met de bijpassende beelden uit de astrologie.
Hoewel de onderliggende principes in alle fasen van de reis doorwerken, zijn deze veelal in een bepaalde fase meer dominant dan in andere fasen.

1. De Proloog (Vissen - Vroege lente)

1. De Proloog (Vissen - Vroege lente)

De proloog is de fase waarin het verhaal begint, vaak zonder dat we nog weten waar het over zal gaan. Het onderbewuste speelt hier een grote rol, en er is een gevoel van onrust en onduidelijkheid. Deze fase staat symbool voor de onbewuste voorbereiding op het avontuur. De hoofdpersoon is nog niet op de hoogte van wat komen gaat, maar er is al een onzichtbare beweging in de richting van verandering.
Het onderliggende principe is Chaos, waar alles uit wordt geboren en naar zal terugkeren.
De vroege lente als beeld kan worden begrepen als de kiemen die zich nog onder de grond bevinden, maar al wel in beweging komen.
Het astrologische beeld van Vissen is vooral van betekenis vanwege de chaotische veelheid van vissen in scholen, maar ook het cyclische aspect van bijvoorbeeld het leven van de zalm die steeds terugkeert naar zijn geboortegrond om daar te kunnen paren, eitjes te leggen en te sterven. De associatie met de vroege lente is het beeld dat onder de (oceaan)oppervlakte nieuw leven sluimert, zoals een embryo het vissenstadium doormaakt en sluimert.

2. De Oproep tot het Avontuur (Ram - Lente-equinox)

2. De Oproep tot het Avontuur (Ram - Lente-equinox)

De dagen worden langer en het licht wint aan kracht. In deze fase krijgt de protagonist een impuls om op reis te gaan.
Het onderliggende principe is Oorzaak, en de hoofdpersoon wordt uitgedaagd om actie te ondernemen en het veilige, bekende los te laten.
Het beeld van Ram moet hier worden gezien als de botsende geboortekracht. Het is het archetype van de ontspruitende gewassen die door de aardkorst naar buiten breken.

3. Weerstand tegen Verandering (Stier - Groene weiden)

3. Weerstand tegen Verandering (Stier - Groene weiden)

De protagonist ervaart weerstand tegen de veranderingen die hem of haar te wachten staan. Net zoals de natuur zich in het voorjaar klaarmaakt voor groei, moet kracht worden opgebouwd om door te zetten.
Het principe van Opbouw is hier van toepassing, waarbij de protagonist wilskracht verzamelt.
Het beeld van Stier moet hier begrepen worden als de doorzetter, het dier dat weerbarstig gras kan omzetten in rijke eiwitten en spierkracht. Het is het beeld van de groene weide waar de stier zijn herkauwende, transformatieve werk doet.

4. Ontmoeting met de Mentor (Tweelingen - Bloesemtijd)

4. Ontmoeting met de Mentor (Tweelingen - Bloesemtijd)

In deze fase ontmoet de protagonist een mentor of gids die essentiële kennis en hulpmiddelen biedt. De protagonist krijgt een nieuwe blik op de werkelijkheid en zichzelf, waardoor de bereidheid toeneemt om het avontuur aan te gaan. In sommige gevallen vindt deze verandering plaats door inzichten die de protagonist zelf ontdekt.
Het onderliggende principe is Divergentie, waarbij de held keuzes en nieuwe inzichten verkent.

Het beeld van Tweelingen moet hier begrepen worden als het veelzijdige, zich aan de ander spiegelende. In het jaarverloop is het de rijke kleurenpracht van verschillende bloesems.

5. De Selectiedrempel (Kreeft - Zomer solstice)

5. De Selectiedrempel (Kreeft - Zomer solstice)

De protagonist bereikt een kritieke fase waarin hij of zij wordt getest en moet bewijzen waardig te zijn om verder te gaan. Dit is het moment waarop een beproeving moet worden doorstaan om toegang te krijgen tot de ‘speciale wereld’.
Het onderliggende principe is Materie, waarin concrete resultaten van eerdere inspanningen zichtbaar worden.
Het beeld van Kreeft roept verschillende associaties op. Allereerst is de kreeft een dier met een exoskelet. Het is het beeld van de gepantserde buitenkant met de zwakke binnenkant, zoals Darth Vader in Star Wars. Verder is de kreeft een sterk hiërarchisch gevoelig wezen en materialistisch in de zin van alle apparaten die hij gebruikt aan zijn verschillende soorten scharen en klauwen. De associatie met de beginnende zomer is natuurlijk ‘zo rood als een kreeft’.

6. Ster van de Dag (Leeuw - Hartje zomer)

6. Ster van de Dag (Leeuw - Hartje zomer)

De protagonist denkt dat het ergste voorbij is en begint te genieten van het succes. De zomer staat op haar hoogtepunt, en de hoofdpersoon voelt zich onoverwinnelijk. Maar vaak is dit de fase van overmoed. Het principe van Centrum speelt een belangrijke rol: de protagonist staat in het middelpunt van de aandacht, maar is nog kwetsbaar voor fouten.
Het beeld van Leeuw verwijst naar de expressiviteit van de brul, maar ook het symbool van de koning der dieren. Ook zijn de manen van het mannetje vaak geassocieerd met de stralen van de zon. De associatie met het jaargetijde is dat we ons ‘hartje zomer’ de koning te rijk voelen.

7. Aarding (Maagd - Oogsttijd)

7. Aarding (Maagd - Oogsttijd)

De zomer loopt ten einde en de protagonist begint de realiteit onder ogen te zien. De voorbereidingen voor de tweede helft van de reis – door de onderwereld van nacht en winter – beginnen.
Het onderliggende principe is Orde, waarin de chaos van het begin getemd moet worden.
Het beeld van Maagd kan worden begrepen als het belang van de vrouw om zorgvuldig te kiezen voor welke man haar mag bevruchten. Als zodanig is het een vrouwelijk archetype en in sommige versies van de reis van de held heet deze fase ‘Approach of the inmost cave’ of ‘Meeting the Goddess’. Maar voor iedereen geldt het belang van een bewuste toepassing van intuïtie, betrouwbaarheid en geordende oplettendheid. Het verband met het jaargetijde uit zich in het attribuut van Maagd: de rijpe korenaar. Het timen en plannen betreft hier de vraag: wanneer kan en moet er geoogst worden?

8. De Omslag (Weegschaal - Herfst-equinox)

8. De Omslag (Weegschaal - Herfst-equinox)

De protagonist wordt geconfronteerd met de gevolgen van eerdere daden. De kansen lijken te keren en er is niets aan te doen.
Het onderliggende principe is Gevolg. De protagonist begint te begrijpen dat er onvermijdelijke consequenties zijn voor keuzes en handelingen. Dit is een belangrijk keerpunt in het verhaal, waarbij de protagonist de balans moet zien te herstellen.
Het beeld van Weegschaal verwijst naar het enige onbezielde archetype in de beeldenreeks. Het is een passief instrument dat het best werkt als het zelf geen enkele invloed op het weegproces uitoefent. Het is het symbool van het bewogen worden. In het jaarverloop is dit het moment van de herfst-equinox, wanneer de dagen korter worden dan de nachten. We weten dat het komt, maar we worden toch altijd verrast door de optrekkende kou en de verrassende herfststormen. ‘Wer jetzt kein Haus hat, baut sich keines mehr’ (wie nu nog geen huis heeft, bouwt er zich geen meer), schrijft Reiner Maria Rilke in zijn gedicht ‘Herbsttag’. De omslag is dus oppervlakkig gezien een omslag in het weer, en in de diepte een verandering van de toon van het verhaal. Het gaat nu grimmig worden..

9. De Dolk (Schorpioen - Slachtmaand)

9. De Dolk (Schorpioen - Slachtmaand)

In deze fase bereikt het verhaal zijn dieptepunt. De protagonist wordt geconfronteerd met verlies, verraad of een diepe crisis en moet pijnlijke analyses maken van wat er mis is gegaan.
Het onderliggende principe van Afbraak komt hier naar voren, waarbij de held geconfronteerd wordt met de donkere kanten van de menselijke ervaring. Dit is de fase van de ‘dark night of the soul’.

Het beeld van Schorpioen staat symbool voor scherpte, lichtschuwheid en doden. Het gezegde: ‘Venenum est in cauda’ (het gif zit in de staart) verwijst naar het principe dat de pijnlijke wending vaak pas aan het eind van een interactie verschijnt. In het jaarverloop gaat het om de slachtmaand november. De dieren zijn goed gevoed en vetgemest en worden geslacht, ook om als voedsel te dienen in de donkeren maanden. Daarmee is Schorpioen als symbool zowel negatief (door- en afbraak) als positief (inzicht en rijkdom) geladen.

10. Terugkeer naar het Licht (Boogschutter - De donkere winterse dagen)

10. Terugkeer naar het Licht (Boogschutter - De donkere winterse dagen)

Ondanks de crisis begint de protagonist een lichtpuntje te zien. Er is hoop, en de protagonist vindt focus en richting. Vaak is er sprake van een ‘return of the mentor’. De protagonist herinnert zich de belangrijkste les van de mentor en past deze les toe om uit de crisis te geraken. Vaak begint nu de laatste ‘chase’, de achtervolging die gaat leiden tot de ontknoping.
Het onderliggende principe is Convergentie: de protagonist maakt keuzes die leiden naar een oplossing en een weg uit de duisternis.
Het beeld van Boogschutter past goed bij deze fase van het verhaal. Het gaat nu om doelgericht werken om uit de onderwereld te komen. In het jaargetijde zijn dit de donkere dagen voor Kerst. Het aansteken van een kaars in een donkere ruimte symboliseert de hoop dat het licht weer gaat terugkeren.

11. Dood en Wederopstanding (Steenbok - Winter solstice)

11. Dood en Wederopstanding (Steenbok - Winter solstice)

De protagonist gaat door de ultieme beproeving. Dit is het moment van dood en wederopstanding, waarin de protagonist wordt getransformeerd tot held. Dit is de ultieme ‘test of character’. De visie die in de vorige fase (opnieuw) is gevonden, wordt nu beproefd. Gaat de held staan voor de eigen principes? Het is een manifestatie van moed die vaak alleen kan worden opgebracht als de protagonist ten diepste overtuigd is van het belang van iets dat groter is dan hij of zij zelf. Dat stimuleert bij de held de kracht om offers te brengen.
Het onderliggende principe is Geest, en de held begrijpt nu dat het fysiek ondergeschikt is aan de spirituele groei.
Het beeld van Steenbok staat voor het trotseren van eenzame hoogte. De steenbok staat voor het wintersolstitium: het moment waarop de zon even stil lijkt te staan en dan begint terug te keren. Dit is de verticale psychologie van stijgen en dalen. Het klimmen van de steenbok wordt ook vaak geassocieerd met de heremiet, de kluizenaar. En het is bijzonder dat ook de tegenpool Kreeft een variant heeft die Heremiet heet.Tijdens de winterzonnewende kijken we terug op het jaar en formuleren goede voornemens voor het komende jaar. We worden een klein beetje herboren.

12. De Terugkeer met het Elixer (Waterman - De verfrissende nieuwe wereld)

12. De Terugkeer met het Elixer (Waterman - De verfrissende nieuwe wereld)

De held keert terug naar de gewone wereld en verrijkt deze met zijn of haar wijsheid en kracht.
Het onderliggende principe is Omgeving: de held deelt de verworven kennis met de gemeenschap en wordt een dienaar van het grotere geheel.
Het beeld van Waterman symboliseert het schenkende principe. In veel oude afbeeldingen zien we hoe de karaf van de schenker wordt gevuld door dezelfde stroom waarin geschonken wordt. Dit symboliseert hoe het helpen van medemensen een vervullende bezigheid kan zijn. Het past als archetype bij het eind van de reis, in de zin dat de vruchten van de reis worden geschonken. Voor een deel zijn dat de goede voornemens, maar letterlijk is het vaak het gevoel van een nieuwe wereld bij de eerste sneeuw.
Het is de moraal van het verhaal. Vaak komt dan de epiloog die eigenlijk ook een voorbereiding is op een nieuwe ronde. Het verhaal is nooit af, ook de storytelling gaat almaar door..

Storytelling en persoonlijke ontwikkeling

Tot zover de synchrone en sequentiële structuur van verhalen. Het begrijpen van deze verhaalstructuren gaat verder dan alleen storytelling. De archetypische fases helpen ons ook om onze eigen levensreis beter te begrijpen. We doorlopen allemaal universele perioden van groei, crisis en wederopstanding. Niet één keer, maar tijdens vele cycli op verschillende niveaus van rijping. Door deze fases in verhalen te herkennen, kunnen we ons eigen leven beter in perspectief plaatsen en zien we beter waar we staan in onze persoonlijke ontwikkeling: welke weg hebben we afgelegd, in welke fase verkeren we nu en wat helpt ons om een volgende stap in de reis te zetten?

Verhalen geven niet alleen richting aan ons denken, maar dienen ook als metaforen voor de cyclische aard van het leven. Door verhalen te vertellen en te luisteren, leren we de lessen die in deze cycli verborgen zitten. Zo worden we niet alleen betere storytellers, maar ook wijzere mensen.

In de vele avonturen van het leven kunnen we door middel van verhalen onszelf en de wereld om ons heen beter begrijpen. Het is daarbij van belang om niet vast te komen zitten in slechts één verhaal, maar om vele verhalen te vertellen en tot ons te nemen. Dat helpt ons wederzijds om eenzijdige perspectieven te doorbreken en empathie te ontwikkelen voor andere interpretaties.
Verhalen geven niet alleen richting aan ons denken, maar dienen ook als metaforen voor de cyclische aard van het leven. Door verhalen te vertellen en te luisteren, leren we de lessen die in deze cycli verborgen zitten. Zo worden we niet alleen betere storytellers, maar ook wijzere mensen. In de vele avonturen van het leven kunnen we door middel van verhalen onszelf en de wereld om ons heen beter begrijpen. Storytelling is niet alleen een kunst of kunde; het is een essentiële vaardigheid om te navigeren door de uitdagingen van het leven en de betekenis van onze ervaringen te doorgronden.

Meerdere verhalen, complottheorieën en empathie

Het is belangrijk om niet gefixeerd te raken op één enkel verhaal, maar meerdere verhalen te vertellen, te beluisteren en te onderzoeken. Deze diversiteit aan perspectieven helpt ons om ons los te maken van beperkte zienswijzen en empathie te ontwikkelen voor alternatieve interpretaties. Of het nu gaat om mainstream verhalen, controversiële narratieven, oude of nieuwe verhalen, of zelfs zogenoemde complottheorieën, vrijwel alle verhalen bevatten kernen van waarheid en zijn het waard om te onderzoeken en in overweging te nemen binnen de stroom van perspectieven. Elk verhaal draagt bij aan een bredere kijk op de wereld, biedt nieuwe inzichten en daagt bestaande opvattingen uit. Door deze veelzijdigheid te omarmen, kunnen we een diepere verbinding met anderen ontwikkelen, waarbij we erkennen dat geen enkel verhaal de volledige menselijke ervaring kan omvatten. Het verkennen van meerdere verhalen stimuleert intellectuele groei, kritisch denken en emotionele veerkracht, waardoor we de complexiteit van het leven met meer wijsheid en begrip kunnen benaderen.

Leer boeiende verhalen maken met de online Storytelling cursus van Double Healix

De verhaalstructuren die we in dit artikel hebben behandeld, komen uitgebreid en rijk geïllustreerd met inspirerende filmvoorbeelden terug in onze MovieLearning course ‘Storytelling – Stap voor Stap’.

  • Met voorbeelden uit de beste speelfilms
  • Gemaakt door de beste narratief psychologen en psychotherapeuten
  • Met vele uitlegvideo’s, tips en oefeningen
  • Meer dan 100 scènes uit films, documentaires en series
  • Deelnemers geven deze cursus 4.7 uit 5 sterren!
Menu